Als ik ergens een CV moet inleveren, haper ik altijd onder het kopje ‘hobby’s’. Ik ga niet elke zaterdagochtend vijftig baantjes zwemmen, zit niet op volleybal, bespeel geen instrument. Niet dat ik me verveel, maar wat ik allemaal uitspook in mijn vrije tijd lijkt me niet iets voor op een CV. De waarheid, namelijk dat ik om de haverklap een nieuwe bevlieging heb, lijkt me niet zo’n aanbeveling voor toekomstige werkgevers.

In het begin zie ik overal wel de charme van in. Balletlessen. Breien. Yoga. Koken. PumpFit. Zelf kleding naaien. Suikervrij eten. Hardlopen. De eerste les/poging gaat stuntelig, maar hee, iedereen moet ergens beginnen (en meestal gaat zelfs de eerste keer wel beter dan bij andere beginners, dat geeft me vleugels. Zie je wel: hier ben ik voor gemaakt!). De tweede keer gaat al beter: ik krijg de slag te pakken! Kijk eens hoeveel ik al kan, en hoe ver! Ik vertel iedereen over mijn nieuwe levensinvulling en waarom deze nieuwe hobby zo bij me past. Dan ga ik voor de derde keer, en blijkt dat het toch wel veel van hetzelfde is. Dat het, vanaf nu, vooral erg veel herhaling is (en herhaling, en herhaling) voordat je een prima ballerina, opperyogi of meestercoupeuse bent. De basisbeginselen zitten in je hoofd en dan is het een kwestie van volhouden. Ja, en daar heb ik dus geen zin in.

Groeien? Hoe dan?

Ik wil namelijk gewoon meteen de beste zijn. Ik wil niet zomaar saaie jurken met één of twee sterren moeilijkheidsgraad maken uit de Knip Mode, maar zelf een model verzinnen, uittekenen en zonder drupje zweet in elkaar zetten. Ik wil niet tegen mijn lijf moeten opknokken omdat ik heus wel wéét hoe het moet voelen om mijn been hoger te krijgen, maar mijn been simpelweg niet meewerkt. En ik wil niet na twee minuten buiten adem zijn als ik volgens RunKeeper nog maar half aan het joggen ben. Dat iets beter gaat als je het vaak genoeg herhaalt, heb ik nog veel te weinig ervaren. Op school kon ik alles namelijk direct. En als ik het niet direct kon, dacht ik dat ik het nooit zou kunnen – en begon ik er dus niet aan.

Natuurlijk ben ik wel eens gedwongen om iets vol te houden en bleek het best te gaan, maar echt een ‘growth mindset’ heb ik nog niet. Een kennis van me startte op de mavo en werkte zich via mbo en hbo op naar een universitaire studie. Zijn motto was: ‘als ik die route volg, dan kom ik vanzelf bij mijn droomstudie, dus dat gaan we even doen.’ Maar voor mijzelf gold eerder het adagium ‘bij twijfel niet oversteken’. Ik ging dan ook een brede en vrij makkelijke studie doen met cursussen uit allerlei vakgebieden. Zodat ik me overal even helemaal in kon verdiepen – en er weer klaar mee was zodra ik het zat begon te worden.

Teveel perfectionisme

Of die brede, maar oppervlakkige interesse een hb-trekje is, weet ik niet (experts in de zaal?). Wel denk ik dat het perfectionisme dat ermee gepaard gaat, redelijk universeel is voor hoogbegaafden. Ik vergelijk mezelf namelijk nooit met de mensen die op hetzelfde niveau meedoen als ik – de beginners dus – maar sta altijd met een schuin oog te kijken hoe de experts het doen. Kan de yogadocente zichzelf in een knoop leggen en ik niet, dan ga ik echt met een rotgevoel naar huis. Rent mijn marathon-buurman me joelend drie keer voorbij, dan kan de hele dag wat mij betreft in de prullenbak. En als ik een jurk uit het rek trek die qua snit perfect in elkaar zit, vind ik mezelf een sukkel dat ik óóit dacht dat ik wel even zelf wat eigen design in elkaar zou frunniken, want hier kan ik nooit aan tippen.

Gevolg: mijn kast ligt vol met spiksplinternieuwe hardloopschoenen, een iPhone-armband om tijdens het hardlopen RunKeeper aan te hebben, dansschoenen, een tas vol stoffen van de lapjesmarkt, zeven maten breinaalden en tien bollen wol, twee kookboeken, agave-siroop om koekjes suikervrij te zoeten en een yoga-matje. Allemaal artefacten van gekoesterde en verloren hoop, en vooral veel te hoge verwachtingen aan mezelf.

Hulp gevraagd

Toch zou ik inmiddels als geen ander moeten weten dat het de oefening is die de kunst baart. Een van de weinige dingen die ik namelijk wél consequent volhoud, is schrijven. En daar ben ik toch echt wel beter in geworden, vergeleken met twee, vijf of tien jaar geleden. En zoals ik vertelde in mijn vorige blog is het slechts met veel oefenen gelukt om een beter sociaal leven voor mezelf te creëren. Kennelijk zijn alleen de dingen waar je écht niet omheen kunt, vol te houden. Maar geen van beide zijn erg noemenswaardig in een sollicitatie onder het kopje ‘vrije tijd’.

Dit verhaal heeft vooralsnog dus een open eind, want ik heb dus écht geen zin om iets vol te moeten houden waar ik alweer op ben uitgekeken. Ik ben ontzettend benieuwd hoe andere hb’ers en niet hb’ers hiermee omgaan. En als iemand een leuke hobby weet die voldoende afwisseling biedt, houd ik me zeer aanbevolen. Al was het maar voor mijn CV…